Besluit  Gemeenteraad

Aanleiding

Een formele wijziging van het meerjarenplan van de eredienstbesturen is noodzakelijk indien:

• in de financiële nota van het meerjarenplan de exploitatietoelage verhoogd is;
• de afspraken bij het meerjarenplan gewijzigd worden;
• het totaal van de uitgaven van een van de hoofdfuncties van de investeringen vermeerderd is;
• de financieringswijze van een investering definitief wijzigt.

Het meerjarenplan speelt een cruciale rol in de verhouding tussen het bestuur van de eredienst en het gemeentebestuur dat tegemoetkomt in de eventuele tekorten van het bestuur van de eredienst. De meerjarenplannen en de wijzigingen zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad.

Regelgeving

Volgende bevoegdheidsgrond en regelgeving is van toepassing:

Bevoegdheidsgrond:

• Het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 43
• Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 41, 9°

Regelgeving:

• Het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten
• Het Besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 en van 27 juni 2008 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten
• De omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst
• Het Ministerieel besluit van 31 maart 2022 waarmee de erfgoedpremie werd toegekend
• Het Besluit van de administrateur-generaal van het agentschap Onroerend Erfgoed tot toekenning van de definitieve restauratiepremie van 21 februari 2024
• Beslissing Kerkraad van 11 juni 2024
• Gunstig advies van Bisdom Aartsbisdom Mechelen-Brussel van 17 oktober 2024

Feiten, context en argumentatie

Onroerend Erfgoed kende op 31 maart 2022 een voorlopig premiebedrag toe van 131.854,37 euro voor restauratiefase 6 Interieur.

Op 21 februari 2024 werd de definitieve premie van het Vlaamse Gewest vastgesteld op 145.039,81 euro.

In het ministerieel besluit van 31 maart 2022 waarmee de voorlopige premie werd toegekend wordt het aandeel van de betrokken overheden vermeld: de Vlaamse Overheid 80% en de gemeente 10%.

Voor de gemeente Lennik betekent dit dat de "koppelsubsidie" verhoogt van 16.481,80 euro o.b.v. het voorlopige premiebedrag van 131.854,37 euro naar 18.129,98 euro o.b.v. de definitieve premie van 145.039,81 euro.

Financiële impact

De toegestane werkings- en investeringssubsidies voor de kerkfabriek Sint-Martinus zijn voorzien in het exploitatie- en investeringsbudget op budgetcodes: GBB-FIN/0790-00/64940030/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (werkingssubsidies) en GBB-FIN/0790-00/66400030/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (investeringssubsidies).

De meerjarenplanwijziging 2020-2025, opgemaakt in 2024, wijzigt de exploitatie- en investeringstoelage als volgt:

In 2023 werd wel reeds bij wijze van voorschot een deel van de investeringssubsidie van 18.129,98€ betaald, nl. een bedrag van 8.345,98€ voor G/AK1/2023/1301 (erelonen restauratiedossier). Deze betaling moet dus in mindering gebracht worden op de ingeschreven subsidie.